Een archief onder de loep
In 1828 werd beslist een weg aan te leggen die de Schaarbeeksepoort zou verbinden met het toekomstige Koninginneplein. De weg is een van de eerste verlengingen van het zogenaamde "koninklijke tracé", die een vlotte verbinding mogelijk moest maken tussen het paleis van Brussel en het kasteel van Laken. Op dit buitenste gedeelte van de Koningsstraat werd een ruimte vrijgemaakt voor de bouw van een gebedshuis.
Van kleine kapel tot monumentale kerk
In 1839 werd een kapel gebouwd volgens de plannen van architect Jean-Pierre Cluysenaar (1811-1880). Het gebouw bleek echter al snel te klein voor de wijk, die een snelle demografische expansie kende en bevolkt werd door gegoede burgers die er herenhuizen lieten bouwen.
In 1844 schreef de kerkfabriek een wedstrijd uit voor de bouw van een grote kerk. De architect die uit de tien deelnemers werd gekozen was de jonge Louis Van Overstraeten (1818-1849) uit Gent. De eerste steen van de toekomstige kerk in neo-Byzantijnse stijl werd gelegd in 1846. Helaas kon de architect zijn monumentale werk niet afwerken omdat hij in 1849 overleed aan cholera. Aanvankelijk nam zijn schoonvader Louis Roelandt (1786-1864) de leiding van de bouw op zich, daarna werd het toezicht op de werkzaamheden toevertrouwd aan de architect Gustave Hansotte (1827-1886).