Archief: Schaarbeek en de Dreyfus-affaire

Een archief onder de loep

De Dreyfus-affaire had zijn weerslag in België, met een splitsing langs dezelfde breuklijnen als in Frankrijk. Na de rehabilitatie van de kapitein besloot de liberaal-progressieve en socialistische meerderheid in Schaarbeek hulde te brengen aan de Dreyfusverdedigers.

Samenvatting van de Dreyfus-affaire

In 1895 brak de Dreyfus-affaire uit in Frankrijk. Deze legerkapitein van Joodse afkomst werd beschuldigd van verraad; hij werd veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf en gedeporteerd naar het Duivelseiland in Frans Guyana. De familie van Alfred Dreyfus was overtuigd van zijn onschuld. Na de rechtszaak schaarden verschillende toonaangevende figuren zich achter dit standpunt. De eerste was kolonel Marie-Georges Picquart, die het bewijs vond voor de schuld van majoor Esterhazy. De generale staf van het leger steunde Picquart echter niet en stuurde hem weg naar Tunesië. De voorzitter van de Senaat, Auguste-Scheurer-Kestner, en Georges Clémenceau, toen journalist, voerden ook campagne voor de onschuld van Dreyfus. Er werd een klacht ingediend tegen Esterhazy, maar hij werd in 1898 vrijgesproken. Emile Zola publiceerde toen zijn beroemde stuk "J'accuse" in de krant L'Aurore. Het debat woedde verschillende jaren en verdeelde Frankrijk in twee kampen: de “Dreyfusards”, de verdedigers van Dreyfus, bestaande uit progressieven aan de linkerzijde, en de anti-Dreyfusards, met rechtse nationalisten en antisemieten. De affaire kende verschillende wendingen, waaronder een nieuwe veroordeling van Dreyfus in 1899 (vermindering tot tien jaar gevangenisstraf). Enige tijd later kreeg Dreyfus gratie verleend (maar geen vrijspraak) van de president van de Republiek, Emile Loubet. Jean Jaurès, verkozen tot voorzitter van de Socialistische Partij, heropende de zaak in 1903 en er werd een nieuw onderzoek ingesteld. In 1906 werd Dreyfus definitief gerehabiliteerd.

De Dreyfusards-wijk

De Dreyfus-affaire had ook zijn weerslag in België, met een splitsing langs dezelfde breuklijnen als in Frankrijk. Na de rehabilitatie van de kapitein besloot de liberaal-progressieve en socialistische meerderheid in Schaarbeek hulde te brengen aan de Dreyfusverdedigers. Twee nieuwe straten in de Monplaisir-Helmetwijk, toen in volle stedelijke herontwikkeling, werden naar Emile Zola en kolonel Picquart vernoemd. Aan het begin van de 20e eeuw waren er maar een paar kronkelige straatjes in dit gebied, waaronder de Leeuwstraat, waarschijnlijk een verwijzing naar een sfinx die een van de ingangen van het domein Walckiers sierde. Na de oorlog van 14-18 wijzigde het gemeentebestuur de namen in de Paul Gilsonstraat (een Brusselse componist) en de Jean Jaurèslaan; de Leeuwstraat werd omgedoopt tot de Anatole Francestraat. Die laatste, een schrijver en vriend van Zola, was een van de eersten die de "petitie van intellectuelen" voor een herziening van het Dreyfusproces ondertekende.

 
 
 

Een eclectische wijk met art-deco-invloeden

De eerste fase van de ontwikkeling van de wijk liep van 1906 (het begin van de herinrichting van het wijkplan) tot 1914 (het uitbreken van de oorlog). Er werden herenhuizen opgetrokken in eclectische of neoklassieke stijl. Een voorbeeld daarvan is het prachtige huis van de beeldhouwer Jean Lecroart op de Anatole Francestraat 29, gebouwd door Joseph Diongre. Met dit huis, dat ondertussen helaas gesloopt werd, won de architect een gouden medaille in de gevelwedstrijd van 1910-1911. Na de oorlog kwam de stedelijke ontwikkeling weer op gang met de bouw van verschillende art-decocomplexen, zoals het Grand Hôtel Moderne op de hoek van de Emile Zolalaan en het Prinses Elisabethplein, ook ontworpen door Joseph Diongre en voltooid in 1924. Op het fronton staat de naam "Zola" in een lettertype dat de stijl van het gebouw weerspiegelt.

 
 

Verzet om te bestaan

De Dreyfus-affaire was een van de eerste grote uitingen van het antisemitisme dat verschillende Europese landen in zijn greep had, en waarvan we weten dat het later rampzalige gevolgen zou hebben. Door deze straatnamen te kiezen nam het gemeentebestuur van Schaarbeek duidelijk stelling in tegen het obscurantisme, tegen haat en extreem nationalisme. Het is een eervolle houding die onze bestuurders tijdens de twee wereldoorlogen wisten te handhaven; een houding die we moeten toejuichen en die we ook vandaag nog moeten en zullen voortzetten.

Wilt u meer weten? Contacteer de dienst Gemeentearchieven (info@1030.be)

© Alle rechten voorbehouden