Zichtbaarheid – Veilig met de motor

Bij duisternis en slechte zichtbaarheid is het belangrijk om goed zichtbaar te zijn in het verkeer. Hieronder vindt je enkele tips om je zichtbaarheid te vergroten en de anderen beter te zien. Een goedwerkende en juist afgestelde verlichting/fluorescerende kledij/accessoires en een verantwoordelijke houding in het verkeer maken jezelf en andere weggebruikers meer zichtbaar op de weg en voorkomt dat je anderen niet verblindt.

Reflecterende kledij en accessoires

  • Een motorrijder met donkere kledij is maar op 20 meter zichtbaar voor een chauffeur.
  • Een chauffeur die 50 km/u rijdt en plots een donker geklede motorrijder opmerkt, kan onmogelijk nog op tijd stoppen, want hij heeft 26 meter nodig om zijn auto tot stilstand te brengen (in ideale omstandigheden op een droog wegdek).
  • Draag je lichtkleurige kledij in het donker, dan ben je zichtbaar vanop 50 meter.
  • Wie reflecterende kledij draagt is in het donker al zichtbaar op 150 meter! Dat maakt een heel groot verschil.
  • Meer info over reflecterende kledij en accessoires vind je hier.

 

Schaarbeek biedt u fluorescerende kits aan. Indien u van dit aanbod gebruik wenst te maken, gelieve een e-mail te sturen naar mobiliteit@1030.be. Opgelet: beperkte voorraad!

Gezien worden in het verkeer

Zien is niet hetzelfde is als gezien worden! Het is van het allergrootste belang dat andere weggebruikers je tijdig opmerken als motorrijder. De kleuren van je uitrusting, reflecterende elementen en je lichten, maar ook je plaats op de weg spelen daarbij een rol.

  • Ook overdag ben je als motorrijder verplicht om altijd met je dimlicht en je rode achterlicht aan te rijden.
  • Kies voor een uitrusting in lichte of opvallende kleuren, ook een felgekleurde helm helpt je om op te vallen in het verkeer.
  • Draag bij voorkeur reflecterende accessoires, een fluohesje of een vest waarin reflecterende tape verwerkt zit.

Juiste plaats op de weg

Algemeen

Als algemene tip kunnen we je als motorrijder aanraden links van het midden van je rijstrook te rijden. Zo heb je een beter zicht op het verkeer en ben je beter zichtbaar voor andere weggebruikers.

Uitzonderingen

Toch is het in heel wat verkeerssituaties veiliger om af te wijken van die positie. Een aantal voorbeelden:

  • Wanneer in de tegenovergestelde richting een vrachtwagen of bus jouw richting uitkomt, schuif je best op naar het midden of rechts van het midden van je rijstrook. Op die manier maak je je zichtbaar voor de voertuigen achter de vrachtwagen of bus die op het punt staan om in te halen. Door je positie aan te passen ben je sneller zichtbaar en kun je zelf ook verder kijken en mogelijke gevaren inschatten.
  • Rij niet pal achter een andere motorrijder, want dan zie je veel minder. Rij geschrankt (links als je voorligger rechts rijdt, en omgekeerd).
  • Als je een kruispunt nadert en slecht zicht hebt op het verkeer dat van rechts komt, ga dan meer naar links rijden zodat je gezichtsveld zo breed mogelijk is. Blijf wel opletten voor mogelijke tegenliggers!
  • Let op voor de dode hoeken, ook bij gewone personenwagens. De bestuurder van de auto, bestelwagen of vrachtwagen die jij volgt of inhaalt, heeft je misschien niet gezien.

Verlichting van de motor

  • Het dimlicht (standaardlicht vooraan) en het rode achterlicht moet altijd branden, ook overdag.
  • De richtingaanwijzers zijn niet verplicht voor brom- en motorfietsen (wel veiliger).
  • Het grootlicht mag overdag niet gebruikt worden. En ’s nachts of bij slechte zichtbaarheid mag je het alleen gebruiken om zelf beter te zien, zolang je er geen andere weggebruikers mee verblindt.
  • Het stoplicht maakt andere weggebruikers duidelijk dat je remt.
  • Voor de reflectoren heb je een witte of gele voorreflector (niet verplicht voor motorfietsen), een rode achterreflector en twee oranje zijreflectoren per wiel