Archief: De kunst en de oorlog van 14-18 in Schaarbeek (2)

Een archief onder de loep : De kunst en de oorlog van 14-18 in Schaarbeek  - De werken van de gemeentelijke collectie

Honderd jaar later laat de Grote Oorlog nog steeds een onuitwisbare herinnering na. De oorlog werd immers vereeuwigd door kunstenaars die hun talenten ten dienste hebben gesteld van de herinnering aan en de verheerlijking van de helden.

Sommige kunstenaars, die het conflict zelf van dichtbij meemaakten, brengen met hun potloodlijnen en penseelstroken vaak harde getuigenissen. Na afloop van het conflict waren de kunstwerken die ontstonden eerder een eerbetoon, maar ook een bevestiging van de waarden vrede en respect, die gedurende vier lange jaren vergeten waren.

Laten we kennismaken met de werken van de gemeentelijke collectie die hun inspiratie vonden in dit conflict …

De gemeenteraad in 1918 van Henri Lemaire

Op het moment dat de oorlog begint, telt Schaarbeek drie politieke formaties die vertegenwoordigd zijn in de gemeenteraad: de Association libérale progressiste, die de meerderheid heeft, de Association catholique en de Ligue ouvrière socialiste.

Met de bezetting valt het politieke leven stil. Op vraag van koning Albert I worden de ruzies terzijde geschoven en wordt er samengewerkt voor het goed van het land en de burgers. Op 4 augustus 1914 vormen de verkozenen van Schaarbeek een vaderlandse unie om de gemeente zo goed mogelijk te besturen.

Het gemeentebestuur wordt geleid door burgemeester Auguste Reyers samen met zijn schepenen Frans Fischer, Louis Bertrand, Albert Bergé en Émile Max. Zij worden afgebeeld op de voorgrond van dit doek van Henri Lemaire.

Dit grote werk (133 x 244 cm) kan bewonderd worden in een van de voorkamers van het gemeentehuis.

De Duitsers voor het Sportpaleis in 1914 van Oswald Poreau

Dit werk, dat in 1948 door de kunstenaar aan de gemeente werd geschonken, toont een Duitse infanteriecompagnie die bivakkeert voor het Sportpaleis voor de belegering van Antwerpen in oktober 1914. Dit gebouw, ingehuldigd in 1913 en afgebroken in 1966, werd door de Duitsers opgeëist aan het begin van de Eerste Wereldoorlog.

Oswald Poreau maakt dit werk vanuit het raam van het gebouw waar hij toen woonde aan de Louis Bertrandlaan 121, wat het bijzondere gezichtspunt verklaart.

Souvenirs de captivité en L’étudiant van Maurice Langaskens

Wanneer de oorlog wordt verklaard, wordt schilder Maurice Langaskens ingelijfd bij het 9de linieregiment dat instaat voor de verdediging van Luik. Op 9 augustus 1914 wordt hij gevangen genomen door de Duitsers. Hij brengt de vier jaar van het conflict door in gevangenschap in Münsterlager en vervolgens in Göttingen. In februari 1918 wordt hij vrijgelaten om gezondheidsredenen.

In zijn koffers brengt hij verschillende werken mee die zijn leven in de kampen uitbeelden. Deze tekeningen werden gemaakt met potlood of aquarel, op karton of papier. In Göttingen hadden de gevangen kunstenaars het geluk dat ze over een atelier konden beschikken. In 1916 werd zelfs een tentoonstelling georganiseerd.

 
 

 

 
 

Koning Albert en Koningin Elisabeth van Jacques Madyol

Koning Albert I en koningin Elisabeth behoren tot de legende dankzij de houding die ze aannemen tijdens de oorlog. Ondanks het gevaar kiezen ze er immers voor om in België te blijven en de bevolking te steunen.

De koning neemt de leiding over de troepen soldaten en de koningin biedt verzorging en steun aan de gewonden. De schilder Jacques Maydol brengt hier dus hulde aan de “Ridder-koning” en de “Verpleegster-koningin” met deze twee portretten.

 
 

Le torpillage du Lusitania van Charles Fouqueray

De schipbreuk van het trans-Atlantische passagiersschip de Lusitania is een symbolische gebeurtenis van de Eerste Wereldoorlog geworden.

Het schip werd beschouwd als neutraal, want het vervoerde burgers en toch werd het op 7 mei 1915 langs de kust van Ierland getorpedeerd door een Duitse onderzeeër. Ongeveer 1200 van de 2000 passagiers die aan boord waren, sterven en onder hen bevonden zich ook een honderdtal Amerikanen.

Deze gebeurtenis zet kwaad bloed bij de Verenigde Staten en zal uiteindelijk leiden tot hun deelname aan het conflict in 1917.

Le beffroi d’Ypres en La place de l’église à Nieuport van Servais Detilleux

In 1918 schildert Servais Detilleux in deze werken de bombardementen die de steden Ieper en Nieuwpoort ondergingen. Beide steden lagen aan de frontlinie en ze waren de meest vooraanstaande doelwitten van de Duitse artillerie. De gevechten die plaatsvonden in de buurt van Ieper, waren bijzonder vernietigend en dodelijk. Na afloop van de oorlog waren deze steden en hun omgeving herleid tot ruïnes.

 
 

Wilt u meer weten? Contacteer de dienst Gemeentearchieven (archieven@shaarbeek.be) of de dienst voor Cultuur/het Huis der Kunsten (culture@schaerbeek.be). Raadpleeg ook de online inventaris van het architecturale erfgoed (www.irismonument.be).

© Alle rechten voorbehouden