Arthur Dejase

Arthur Dejase werd op 27 december 1876 in Mechelen geboren. Hij studeerde geneeskunde en werd verloskundige. Aangemoedigd door zijn liberale vrienden stelde hij zich kandidaat voor de gemeenteraadsverkiezingen van 1927. Hij werd verkozen als gemeenteraadslid en vervolgens benoemd tot schepen van Financiën.

Op 16 mei 1940 volgde Dejase Fernand Blum op nadat die ontslag had genomen. In die functie “zou hij onmiddellijk openbloeien en zich doen gelden als de ambtshouder waarop we zaten te wachten om onze verdediging en weerstand te symboliseren. (...) Hij beantwoordde de krankzinnige eisen van de vijand met een ijzige ontvangst die hij opdrong aan zijn gesprekspartners”, zei Gaston Williot in 1970, die zelf nog getuige was geweest van ontmoetingen tussen de burgemeester en de bezetter.

Op 10 mei 1942 trok het college van burgemeester en schepenen naar de begraafplaats van Schaarbeek om hun respect te betuigen aan Gabrielle Petit, het verzetslid dat tijdens de Eerste Wereldoorlog door de Duitsers werd gefusilleerd. De Gestapo maakte een einde aan de ceremonie, die zij als beledigend beschouwde. Arthur Dejase nam de volledige verantwoordelijkheid voor de demonstratie op zich om zijn collega’s te beschermen en werd als enige gearresteerd. Hij werd naar de gevangenis van Sint-Gillis gestuurd en daarna naar Merkplas, waar hij tot 30 juni 1942 bleef. Een paar weken na zijn vrijlating werd hij gegijzeld en gevangen gezet in Leuven tot 12 november 1942. Na de oprichting van Groot-Brussel, waarbij de gemeenteraden werden ontbonden, kon Dejase zijn taken niet hervatten. Toch riep hij de gemeenteraad in het geheim bijeen. Hij werd op 2 juni 1944 opnieuw gearresteerd en naar Breendonk gestuurd tot 28 juli 1944. Toen de oorlog voorbij was, hervatte hij zijn taken als gemeenteraadslid en bleef hij tijdelijk voorzitter van de gemeenteraad. Op 6 september 1945 verwelkomde Dejase generaal Eisenhower op het gemeentehuis. In 1947 werd Fernand Blum opnieuw aangesteld als burgemeester en Dejase bleef gemeenteraadslid tot zijn dood op 19 januari 1970.

Ontvangst van generaal Eisenhower in Schaarbeek op 6 september 1945 (in het midden leest Dejase zijn toespraak voor, de generaal staat rechts van hem), foto, Gemeentearchief van Schaarbeek.

De beeldhouwer Pierre Theunis (1883-1950) maakte aanvankelijk, op een onbekende datum, een gipsen buste van burgemeester Dejase. In 1948 stelde de kunstenaar aan het college voor om een buste in een “definitief materiaal” te maken. Het college nam pas laat een beslissing en Theunis stierf ondertussen. De marmeren versie werd uiteindelijk in 1952 gemaakt, na een tussenkomst van de weduwe van de kunstenaar.

Pierre Theunis, Buste van burgemeester Arthur Dejase, 1952, marmer, Kunstcollectie van Schaarbeek (inv. 384).